Tolerantielespakket > Deze pagina is beschikbaar voor geregistreerde docenten > Deze pagina is beschikbaar voor geregistreerde docenten > Les 1

Les 1

Inhoud

  1. Inleiding over pesten in het algemeen: in de klas moet het veilig zijn voor iedereen!
  2. (Cyber)pesten: 1e video bekijken; daarna het gesprek aangaan.
  3. In gesprek over: Grapje! Moet toch kunnen?! Het verschil tussen grapje, plagen en pesten.
  4. Kinderen schrijven hun ervaring met plagen en pesten op een kaart.
  5. Nabespreking en vooruitblik op de volgende 2e les: video 2 en Poster maken. Hoe gaan we ermee om?

1. Inleiding door de leerkracht

We gaan het vandaag over pesten hebben. Wanneer is plagen een grapje en wanneer is het pesten? Wat is het verschil? Het heeft veel met vooroordelen te maken.                                              

Het ‘wij gevoel’ zoals vriendschap, het kunnen inleven in elkaar en betrokkenheid met elkaar zorgt ervoor dat vooroordelen en daarmee ook pestgedrag afnemen.

Het maken van een grapje heeft vooral heel veel positieve kanten. Sámen met elkaar lachen en plezier hebben zorgt voor verbinding en een saamhorigheidsgevoel. Het lucht op en ontspant. Maar soms is het ook niet zo leuk. Dan kan een grapje ineens kwetsend zijn. Of lijkt het meer op pesten dan op een grapje.                                                                                                                                                                     

Wie bepaalt of een grapje een grapje is? Wanneer is iets grappig en wanneer niet meer? Hoe ga je om met grapjes en hoe zorg je samen met je klas voor een fijne en veilige sfeer? We gaan samen over deze  vragen (én nog veel meer!) praten.

We gaan van elkaar leren wat het met iemand doet die gepest wordt. We willen ook aandacht geven aan degene die pest. Hoe kunnen we leren om respectvol  en verdraagzaam met elkaar om te gaan. Er zijn zóveel verschillen tussen mensen, en dus ook tussen alle kinderen in onze klas. Om pestgedrag te voorkomen heb je nodig dat jullie die verschillen leren accepteren en misschien juist leren waarderen. Niet alleen op school, maar ook op het schoolplein, met vriendjes op straat of thuis met broertjes of zusjes onderling. 

2. (Cyber)pesten: 1e video bekijken; daarna het gesprek aangaan

3. In gesprek over: Grapje! Moet toch kunnen?! Het verschil tussen grapje, plagen en pesten.

Grapjes maken gaat onder andere over afstemmen.

Afstemmen op jezelf, de ander, de groep en de persoon of situatie waar de grap over gaat.

Vragen om bij stil te staan bij het maken van een grap zijn:

  • Is dit leuk voor mij?
  • Is dit leuk voor de ander?
  • Is dit fijn voor de groep?
  • Is dit ook grappig voor de persoon of situatie waar ik een grap over maak?

Is het antwoord 4x ja? Dan kun je de grap zéker maken/ uitvoeren!

Is het antwoord op één van deze vragen nee? Dan is er iemand de dupe van de grap en dat is natuurlijk niet de bedoeling.

Daar gaan we over praten, bijvoorbeeld met de volgende vragen:

  • Waar voldoet een goede grap aan?
  • Wanneer vind je iets grappig? Hoe komt dat?
  • Is er wel eens een grap gemaakt waarvan je voelde dat die eigenlijk niet fijn was voor iemand? Hoe kwam dat en hoe had dat anders gekund?

4. Kinderen schrijven hun ervaring met plagen en pesten op een kaart.           

Kinderen schrijven op een een gekleurde kaart op wanneer ze wel eens:

  • een grap met iemand hebben gemaakt
  • iemand eens hebben geplaagd
  • ruzie met iemand hebben gemaakt
  • iemand eens hebben geplaagd terwijl je zelf vond dat het eigenlijk te ver ging

De kinderen schrijven niet hun naam op hun kaart. De leerkracht neemt de kaartjes in en bewaart ze voor de volgende les.

6. Nabespreking en vooruitblik op de volgende les

Nabespreking en vooruitblik op de volgende 2e les: video 2 en Poster maken. Hoe hoe gaan we ermee om?

Cookies helpen onze diensten te verlenen. Door van onze diensten gebruik te maken stem je in met ons gebruik van cookies. Meer informatie